De Oud Rotterdammer Week 04 - page 1

31 Januari 1953. Het is
zaterdag en de verjaardag
van Prinses Beatrix. Als er al
gevlagd wordt, dan rukt de
stormwind de vlaggen bijna
van de stokken. In Schie-
dam wordt die avond feest
gevierd. In een zaal in de
buurt van de haven is een bal
masqué georganiseerd. Als
welpenleidster van de Schie-
damse Waterscouts (SWS)
had ik beslag weten te leggen
op een toegangskaart. Veel
van de toenmalige verkenners
zouden ook gaan en als 16-ja-
rig meisje was dat natuurlijk
iets om naar uit te zien.
Dansen was/is een leuke bezigheid,
al had ik nog nooit les gehad. Jan de
Regt, één van de leiders, had mij de
passen bijgebracht en hij zou ook
komen. Die ochtend moest ik nog naar
mijn werk, want de vrije zaterdag was
nog lang niet in zicht. Ook niet op
het accountantskantoor waar ik toen
werkte. Om twaalf uur mocht ik naar
huis en zo tornde ik tegen de storm
in naar mijn huis, dat op een kwartier
lopen van mijn werk lag.
Kapper
Haast had ik zeker, want ik moest nog
naar de kapper. Mijn haar was aan de
lange kant voor het kostuum, waarin
ik naar het bal ging. Van mijn broer,
die bij de marine was geweest, had
ik een tropenuniform kunnen lenen.
De pet kwam van mijn overbuurman.
Helemaal in het wit, dus. Bij de kap-
per werd mijn haar flink kort geknipt.
Het uniform paste perfect, maar was
wel heel erg wit.
Ons nationale vervoermiddel voor jon-
gens en meisjes zoals ik, de fiets, was
die dag geen optie. Ja, je kon veilig
over straat, ook ‘s nachts. Maar om in
deze storm en regenvlagen vanuit Rot-
terdam West over de Rotterdamsche
Dijk naar Schiedam te fietsen, was
geen doen. Dus stapte ik om halfzes
bij het Mathenesserplein op tramlijn
4, die mij rechtstreeks naar Schiedam
bracht. De tram was vol en ik had nog
maar net een plaatsje op het balkon,
waar de windvlagen in mijn gezicht
sloegen. Helemaal donker was het
nog niet (er was nog geen verschil
in zomer- en wintertijd); pas op het
Marconiplein ging de straatverlichting
aan. Af en toe zag ik een vragende
blik op de gezichten van mijn mede-
reizigers. Zo van: ‘een matroos in een
tropenuniform???’….. en: ‘is het nou
een hij of een zij???’
Maar de storm was toch meer onder-
werp van gesprek.
Zakgeld
Mijn gedachten waren bij het bal:
hoe zou iedereen gekleed gaan? Voor
de mooiste of origineelste uitdossing
werd een prijs beschikbaar gesteld.
Nederland was weliswaar langzaam
uit het dal aan het klimmen dat door
de oorlog was veroorzaakt, maar het
was nog altijd behoorlijk buffelen.
Van mijn maandsalaris, dat toen f. 50,-
bedroeg, kreeg ik maar een minimaal
zakgeld. Samen met mijn oudere broer
was ik kostwinner voor een gezin met
zeven kinderen, zodat iedere cent aan
het huishouden werd besteed. Nee, de
prijs voor originaliteit zou voor mij
niet weggelegd zijn. Maar toch….,
het zou een spannende, vrolijke avond
worden.
Bij binnenkomst ontdekte ik, ondanks
de maskers, mijn clubgenoten ver-
kleed als cowboy, clown, zeerover
of Charley Chaplin; een enkeling
was écht volkomen onherkenbaar en
dat zou zo blijven tot het démasqué.
Op een gegeven moment kwam een
schitterend geklede vrouw binnen: een
geisha. Ze was werkelijk prachtig en
won terecht de hoofdprijs.
Taxi
We dansten dat het een lieve lust was;
Weense wals, Engelse wals, foxtrot en
quickstep, want dat waren de dansen
van die tijd. De avond ging heel snel
voorbij, terwijl het buiten spookte.
Rond half twaalf verlieten de eerste
gasten de zaal. Middernacht was
zo’n beetje de deadline in die tijd.
De laatste tram mocht ik niet missen.
Nog één foxtrot met Jan en we zouden
huiswaarts gaan. Jan had gezien dat
het buiten beestachtig slecht was en
intussen een taxi besteld.
Hij woonde niet zo ver bij mij van-
daan en bood mij aan mee te rijden.
Rond twaalf uur kwam de taxi en stap-
ten wij in. Meteen begon de chauffeur
uit te wijden over het slechte weer en
dat delen van de stad al onder water
stonden en dat het zeker erger zou
worden, want het water wilde bij eb
niet zakken.
Hij had besloten dat het zijn laatste rit
zou worden, die nacht. De volgende
dag bleek hoeveel geluk we hebben
gehad! Om half één stond het water al
op de Rotterdamsche Dijk, kort nadat
we daar hadden gereden. De omvang
van de ramp werd pas de dagen
daarna duidelijk.
Zandzakken
Zondagmorgen kwam een tante met
zes van haar jongere kinderen uit
Capelle aan den IJssel; de oudere
kinderen waren bezig zandzakken te
sjouwen. De dijk stond op breken en
dan zou het land tot aan Leiden onder
water komen te staan. Of het bij ons
veiliger was, hebben we ons toen niet
afgevraagd. Met de dagen die volg-
den, kwamen de vreselijkste verhalen:
moeders die in volslagen waanzin hun
baby’s in het kolkende water gooiden,
vaders die hun kinderen voor de ogen
zagen verdrinken, het vee dat geen
enkele kans had. En elke dag weer de
berichten over de vele, vele doden en
vermisten.
Het feest was vergeten, een vergeelde
foto herinnert nog aan die avond en
steeds als ik dat plaatje zie, gaan mijn
gedachten terug naar die vreselijke
rampnacht van 1953. In totaal zijn bij
de watersnoodramp van 1953 1830
personen om het leven gekomen,
onder wie 33 zeelieden. Ter hoogte
van Egmond aan Zee vergingen de ha-
ringkotter YM 60 Catharina Duyvis en
de kustvaarder Salland, respectievelijk
met zestien en zeven bemannings-
leden. Ook de kustvaarder Westland
met een tienkoppige bemanning is
vergaan.
N.Vuik
Prachtfeest voordat het water kwam
De Oud
Dinsdag 20 januari 2015 . Jaargang 11, nr 2
Deze week o.a.:
Nooit saai op
het pontje
Pag. 5
Van Veen op
de Lijnbaan
Pag. 7
Verhaal
Rivierpolitie
Pag. 15
Echte Nash
voor de deur
Pag. 19
‘Een foto herinnert nog aan die avond en steeds als ik (zittend 2e v die zie,gaan mijn gedachten terug naar die vreselijke rampnacht van 1953’
Oplage: 122.000 ex.
Hoornsingel 10, Rotterdam-Overschie
T 010 245 70 90 (dag en nacht)
Parkkade 1
3016 GN Rotterdam
010 - 4360462
Domidion
Cleaning Services
Tel: 010 455 23 84
Uw tapijt, meubelen of matras weer als nieuw!
Weg en Land 42-j
2661 KR Bergschenhoek
Tel: 010 455 23 84
Matrasreiniging
Tapijtreiniging
Bekledingreiniging
1 2,3,4,5,6,7,8,9,10,11,...24
Powered by FlippingBook