De Oud Rotterdammer Week 12 - page 11

de veemarkt.
Toen het weer eens vakantie was en ik
de hele dag naar mijn neef ging, gaf
mijn vader mij een leeg blik mee van
de melassestroop. In een plastic tasje,
met een oude lepel. Het was de bedoe-
ling dat ik op de veemarkt het blik zou
vol scheppen met koeienmest.
Aangekomen op de veemarkt leek me
dat een vies karweitje, dat geschep
in die koeienpoep. Mijn neef kwam
op een goed idee. We zouden goed
kijken of er een koe ging poepen en
dan zouden we het blik er gauw onder
zetten, dan was het een fluitje van een
cent. Zo liepen we tussen de koeien te
loeren of er iets zat aan te komen. Na
verloop van tijd was er een zo aardig
de sluis open te gooien. Snel plaatsten
we het blik onder de koe en wachtten
op wat komen ging. Achter de koe
vormde zich een aardige hoop, het blik
was helemaal niet meer te zien. Daar
stonden we dan met ons goede idee.
Dan toch maar met de lepel uitgraven.
Dat was zeker een hele klus. Met de
lepel kregen we na verloop van tijd
het blik weer in het zicht, hebben de
deksel erop gedrukt en in de plastic
tas gedaan. We zaten helemaal onder.
Mijn handen en mijn benen, want ik
had een korte broek aan.
Handje klap
In het midden stond een soort restau-
rant waar de boeren elkaar ontmoetten.
Aan kleine tafeltjes zaten ze te bieden.
Over de tafel heen, met handje klap.
Ook ontstond er soms ruzie over de
verkoop van een koe. Het kwam wel
voor dat er dan twee opstonden, de
een de ander de pet van het hoofd
sloeg, waarna de ander een klap in
het gezicht kreeg. Vervolgens gingen
ze weer zitten en ging het verder met
bieden of er niets was gebeurd. We
keken onze ogen uit naar al dat geld
dat over tafel ging. Er kwamen hele
stapels duizendjes te voorschijn, die
op de tafel werden uitgeteld. Dit soort
briefjes hadden we nog nooit gezien
en ze gingen ermee om of het vijfjes
waren. Op het toilet hebben we onze
handen gewassen en de benen afge-
daan. We hoopten maar dat we niet
meer stonken.
Sensatie
Tussen de middag aten we altijd bij
mijn tante. Toen die het tasje met
inhoud rook, moest het direct op de
waranda gezet worden. Daar moest
het blijven staan tot ik weg ging. In de
middag hebben we nog enige tijd op
de veemarkt doorgebracht. Zo was het
inladen van de koeien altijd leuk om
te zien. Sommige wilden de veewa-
gen niet in. Dan werd er getrokken
en geduwd om dan eindelijk het dier
de laadklep op te krijgen. Zo werden
altijd de koeien eerst ingeladen als er
ook een stier mee moest, want als de
stier erin stond, durfden de koeien niet
naar binnen. Die stier wilde altijd wel.
Dikwijls sloegen er ook dieren op hol.
Die renden dan de veemarkt over en
het drukke verkeer in. Alles moest dan
worden afgezet om het losgebroken
dier weer te pakken te krijgen. Hoe
meer er losbrak, hoe leuker het was.
Zo werden de koeien en ander vee
ook over de straat naar het abattoir of
slachthuis gebracht. Die boeren liepen
dan mee om alles de goede kant uit de
drijven. Ook tijdens deze reis braken
er soms dieren uit. Als er bijvoorbeeld
een stier uitbrak, was de sensatie com-
pleet. De politie kwam er aan te pas,
om het verkeer tegen te houden. Dan
hadden die ook een leuke dag, want
verder gebeurde er in die tijd niets.
Ook paarden lieten zich niet gemak-
kelijk in de veewagen zetten.
De dag van ons leven
Na verschillende pogingen zou eens
een van die boeren het klusje klaren.
Hij ging bovenaan de laadklep staan
en pakte het paard aan het touw.
Anderen stonden dan aan de zijkant
van het paard en sloegen hem op zijn
bast. Het lukte maar niet, het paard
wilde niet naar boven. De paarden die
reeds ingeladen waren, werden daar
onrustig van. Het paard dat vooraan
stond draaide op een gegeven moment
met zijn achterste naar de uitgang en
schopte die boer zo van de plank. Men
een bebloed gezicht stond hij weer op,
maar het paard was weg. Weer een
hele vangpartij. Liep helemaal naar
het Oostplein en daarna de Goudse-
singel op. Uiteindelijk is hij wel weer
gevangen. We hadden de dag van ons
leven gehad. Later op de middag ging
ik weer eens op huis aan en stapte op
tramlijn 4 naar het westen. In de tram
werden de gezichten steeds bedrukter.
De lucht was niet om uit te houden.
De conducteur vroeg mij op het
balkon te gaan staan en wel zo dicht
mogelijk bij de uitgang. Een vrouw
kreeg medelijden met mij en kwam
ook op het balkon staan en hield mijn
arm stevig vast, opdat ik niet uit de
tram zou vallen. Gelukkig was ik via
het Centraal Station, Middellandstraat
en Vierambachtstraat snel op de Ma-
thenesserweg en kon ik lijn 4 verlaten.
Thuis was mijn vader zeer verheugd
en begon gelijk op het balkon aan het
bemesten van alle kamerplanten. Hij
was net op tijd klaar, voor de visite
kwam. Toen mijn oom en tante en
even later ook mijn oma enige tijd in
de huiskamer zaten, vonden ze dat er
een vieze lucht hing. Mijn vader ver-
telde dat hij de planten van echte mest
had voorzien. Toen er meer protesten
kwamen, vond hij dat men niet moest
zeuren. Had men dan liever de stank
van de Botlek. Dit was zuivere natuur
en dat ging boven alles.
Excuses
Mijn oma moest veelvuldig naar het
toilet. Kwam men meestal van het toi-
let weer de schone lucht in, nu zocht
men de frisse lucht op het toilet. Mijn
oom had nog iets vergeten uit zijn
auto mee te nemen en bleef opvallend
lang weg. Mijn tante, die altijd veel te
vertellen had en bekend stond om haar
geroddel, hield steeds meer haar mond
dicht. Kortom het hele huis stonk naar
de koeienpoep. Er begon zich een op-
stand te ontwikkelen, waarbij mogelijk
iedereen zou vertrekken. Mijn moeder
drong er bij mijn vader op aan, hier
iets aan te doen. Met een verongelijkt
gezicht besloot hij de planten dan
maar op het balkon te zetten en vroeg
of men even wilde helpen. Iedereen
stond direct klaar en er vormde zich
een ketting, waarbij de planten aan
elkaar werden doorgegeven. Toen dit
klaar was, werden alle ramen open
gezet, wat geen probleem was, want
het was zomer. De avond is toch nog
gezellig geworden. Later is er nog
dikwijls over gesproken en kwam men
allemaal tot de conclusie dat kunst-
mest toch nog zo gek niet was.
Gerard Visscher
Mest scheppen op de veemarkt
Mijn vader was vroeger altijd
bezig met het verzorgen van
de kamerplanten. Ze stonden
in alle kamers. Veelal gebruik-
te hij kunstmest, maar het
leek hem heel gezond voor
de planten dat ze echte mest
zouden krijgen. Daar zouden
ze helemaal van opfleuren. Nu
ging ik in de vakanties altijd
op dinsdag naar mijn neef, die
in het centrum van Rotterdam
woonde. Aan het eind van de
straat was altijd op dinsdag
De Oud-Rotterdammer - De krant voor de 50-plusser
Dinsdag 17 maart 2015
pagina 11
Het was op de veemarkt elke dinsdag een drukte van belang met lovende,biedende en keurende boeren
Als het vee was afgevoerd werd de veemarkt grondig schoongespoten
Nostalgie Vinken-
straat
Ja mensen, dan schrijf je een
stukje over de Vinkenstraat in
het oude noorden en weet je
niet wat er gebeurt met je mail-
box!! Hieruit blijkt toch maar
weer dat De Oud-Rotterdammer
nog jaren volop bestaansrecht
heeft, want wat wordt deze
krant gelezen. Hulde aan de
makers!!
Allereerst wil ik al die mensen die
gereageerd hebben bedanken voor de
reacties (ze kwamen uit alle windstre-
ken). De liefdevolle herinneringen
van vroeger spatten er vanaf. Zoals de
verhalen uit de oorlog over het clan-
destien slachten bij de paardenstal van
Langeveld (mijn vader deed daar aan
mee) waar de hele straat van profiteerde.
Maar ook de herinneringen van na de
oorlog aan de straat met z’n spelletjes,
zoals bussietrap, diefje met verlos, bok-
ken, touwspringen met een man of tien
tegelijk en natuurlijk voetballen met de
hele straat (ja ook de vaders). Voetballen
deden we ook tegen de andere straten,
het meest tegen de Bloklandstraat op
het landje aan de Gordelweg. Mis-
schien hebben we ongemerkt nog wel
tegen Coen Moulijn en Wimpie Jansen
gespeeld, daar lette je toen niet op.
Verliefd
Vele bekende namen hebben gereageerd,
waaronder de dochter van Dool, heel
leuk! Verder zat de halve straat op de
Da Costaschool met hoofdonderwij-
zer Hooymeier en ik herinner mij nog
juffrouw De Waard (daar was ik een
beetje verliefd op). Zo gaat dat met een
onschuldig jongenshart, haha. Zoals ik
al memoreerde, was het een straat met
grote gezinnen. Met een ploegje jongens
struinde je door de stad en zeker het
gebombardeerde gedeelte in het centrum
was voor ons een speelparadijs.
Sneeuwbarricade
Toen we nog winters hadden vroeger
(hoor mij nou), gebeurde het een keer
dat het ‘s nachts zo hard had gesneeuwd
dat we met de kinderen uit de straat
sneeuwrollen gingen maken en daarmee
de hele straat bij de Bergweg barrica-
deerden. Dat bracht weer politie op de
been natuurlijk en die sommeerde ons de
barricaden af te breken, waarbij we hulp
van de brandweer kregen. De brandweer
was ook meestal paraat bij de beroemde
kerstbomenfikkies in de straat. Op de
plek waar het gebeurde, stonden de bu-
ren de ramen nat te houden voor de hitte
van de vlammen, bang voor hun ruiten.
Veel geschaatst op de Noordsingel (bij
Spokie) en veel op de Bergse plassen
(achter de meiden aan). Ik hou er maar
mee op voorlopig, ik zie de mails al
weer komen als De Oud Rotterdammer
zo goed is het te plaatsen.
Veel plezier en blijf gezond!!
Jan de Munnik
1...,2,3,4,5,6,7,8,9,10 12,13,14,15,16,17,18,19,20,21,...32
Powered by FlippingBook