De Oud Rotterdammer Week 8 - page 7

De Oud-Rotterdammer - De krant voor de 50-plusser
Wat moet ik doen om mijn testament
ongeldig te laten verklaren?
In elk geval zult u op zoek moeten
naar een notaris. Hij is namelijk als
enige bevoegd veranderingen in
testamenten aan te brengen en deze
te laten vastleggen in het Centraal
Testamenten Register (CTR). Een
gigantische kaartenbak waarin alle in
Nederland opgestelde testamenten zijn
geregistreerd.
Nieuw testament
Om uw testament ongeldig te maken
moet de notaris een geheel nieuwe
wilsbeschikking opstellen. Een docu-
ment waarin u aangeeft alle eerdere
beschikkingen ongeldig te verklaren
(herroepen). Na uw ondertekening kan
de herroeping ingeschreven worden in
het CTR. Houd er dus rekening mee
dat een herroeping kosten met zich
meebrengt. Laat u ook goed voorlich-
ten, want met uw herroeping wordt de
wettelijke erfopvolging opnieuw van
kracht. Het is dan goed te weten wat
daarvan de consequenties zijn.
Ik maak me zorgen over hoe ze straks
mijn spaarrekening willen leeghalen.
Wat kan ik doen?
Uw angst gaat over de Wet Langdurige
Zorg, de vroegere AWBZ. Een wet die
sinds enkele jaren (ook) de langdurige
zorg bij een instelling regelt en bepaalt
hoe de eigen bijdrage berekend wordt.
Want zorginstellingen mogen aan ie-
dereen aan wie zij onderdak verlenen,
een eigen bijdrage vragen. Die kan,
afhankelijk van uw inkomen en spaar-
centjes (box 3), oplopen tot maximaal
€ 2312 per maand. Nu gaan er in de
campagne naar de verkiezingen in
maart stemmen op het spaargeld erbui-
ten te laten, vermoedelijk om uw stem
te lokken. Zelf geloof ik dat er hierin
helaas niet veel zal veranderen.
Opeisbaarheid
Voor uw eigen bijdrage zal het CAK
vooral kijken naar uw vermogen
van twee jaar geleden. U beschermt
uw spaarcenten het bese door uw
vermogen af te bouwen zoals u dat
wilt. Bijvoorbeeld door bijtijds te gaan
schenken, al dan niet op papier. Op
die manier bouwt u een schenkings-
verleden en kan u later niks verweten
worden. Bent u nog samen? Dan zou
u kunnen denken aan een opeisbaar-
heidsclausule in uw beider testament.
Dan geeft u uw kinderen toestemming
in elk geval het erfdeel van de eerst
te overlijden partner op te eisen op
het moment dat de langstlevende een
verpleeghuis in moet.
Wij willen onze dochter wat geld schen-
ken zodat ze een huis kan kopen. Maar
hoe weten we zeker dat ons geld de juiste
bestemming behoudt?
Goeie vraag. Het zal u niet ontgaan
zijn dat er per 1 januari meer geld een-
malig belastingvrij voor een woning
geschonken mag worden. Eerst was
dat € 53.000, maar nu mag u tot wel €
100.000 schenken zonder dat de fiscus
moeilijk doet. Voorwaarde is wel dat
het geld aan een woning besteed wordt
zoals de aankoop, de aflossing van de
hypotheek of een verbouwing. Geld
schenken voor een woning kon al
belastingvrij, maar nu is dat makkelij-
ker. Voor de vrijstelling zal uw dochter
natuurlijk wel op haar belastingaan-
gifte moeten aangeven wat ze met de
schenking gedaan heeft. Op die manier
weet u zeker dat uw geld de juiste
bestemming krijgt en niet verdwijnt in
een dure auto of iets dergelijks.
Uitsluiting bij verdeling
Er kan echter een probleem ont-
staan als uw dochter gaat trouwen
of getrouwd is in gemeenschap van
goederen. Bij echtscheiding zal na de
verdeling uw schenking voor de helft
wegvloeien naar de ex. Om uw geld
in het zicht te houden, kunt u het best
een voorwaarde aan uw schenking
koppelen. Een uitsluitingsclausule
om precies te zijn. Daarmee eist u dat
uw schenking buiten elke verdeling
moet blijven. Het enige dat u hiervoor
hoeft te doen is bij de overboeking het
woord ‘uitsluitingsclausule’ in de om-
schrijving toe te voegen. Dit mag niet
later. U moet dit van de wet melden op
het moment van schenken. Hiermee zit
u redelijk veilig. Eventueel kunt u zelf
een document opstellen en dat in twee-
voud laten ondertekenen. En helemaal
veilig zit u indien u dit stuk notarieel
laat bekrachtigen door een legalisatie
van de handtekening. Dan staat in elk
geval de datum van ondertekening
vast. Een legalisatie is doorgaans een
tientjeskwestie.
Ook een vraag voor de notaris?
Stel uw vraag en krijg direct ant-
woord. Gratis en vrijblijvend. Mail uw
vraag naar
of bel
010-7671700.
Veel oudere werknemers konden
met een regeling vóór hun officiële
pensioendatum van 65 vertrekken. Het
Pensioenfonds voor de Vervoer- en
Havenbedrijven, het havenpensioen-
fonds, heeft aan deze regeling meebe-
taald. In de laatste bijdragen werd de
noodzaak van het opheffen van het ha-
venpensioenfonds besproken. Bij het
teruglezen van alle informatie wordt
niet duidelijk of deze opheffing wel
noodzakelijk was. De toezichthouder,
toen nog de VK, Verzekeringskamer,
had niet ingegrepen bij dit fonds. De
financiële positie van het fonds lag
boven de wettelijk norm.
Recent informeerde één van de lezers
mij dat de gehele regeling uit enige
onderdelen bestond. Werknemers
kregen ook vaak een verlengde
WW-uitkering. Ook kregen sommige
werknemers na die WW-uitkering nog
een bijstandsuitkering, waarbij soepele
normen golden. In zijn geval was de
bijdrage van het havenpensioenfonds
aan zijn vertrekregeling beperkt.
Uit zijn informatie bleek dat veelal
de kosten voor deze vertrekregeling
zowel via de WW, door de gemeente
Rotterdam met een bijstandsuitke-
ring en door het havenpensioenfonds
werden betaald. Omdat het fonds in de
jaren ‘80 en ‘90 goede resultaten had
behaald, was de financiële positie van
het fonds in werkelijkheid beter dan
vaak gedacht.
Deze bijdrage gaat over de successen
van de verzekeraar OPTAS. Toen AE-
GON in 2007 de aandelen van verze-
keraar OPTAS verkreeg, had de heer
P. Vinken, toenmalig voorzitter van
het bestuur van de Stichting OPTAS
de volgende stelling. Hij beweerde
dat het succes van de verzekeraar was
ontstaan, nadat OPTAS de uitvoering
van de pensioenregeling had overge-
nomen. Heeft hij gelijk?
De verzekeraar OPTAS kreeg een
groot klantenbestand gratis. Stel dat
OPTAS zelf dit klantenbestand vanaf
het begin had moeten opbouwen? Dan
was het succes van OPTAS haar eigen
verdienste geweest. Dat is niet zo.
OPTAS is er ook niet in geslaagd veel
nieuwe klanten buiten de havenbedrij-
ven binnen te halen. Heel veel van de
havenbedrijven, die verplicht waren
aangesloten bij het eerdere pensioen-
fonds, bleven bij OPTAS. Een belang-
rijke reden was dat overstap naar een
andere verzekeraar dan wel fonds heel
duur was voor zowel de werkgever als
voor de werknemers.
In die jaren was de standaardtermijn
voor een pensioencontract met een
verzekeraar vijf jaar. De eerste vijf
jaar moest de werkgever bij OPTAS
blijven. Een werkgever kon na vijf
jaar weg bij OPTAS, alleen dan verlo-
ren de werknemers van dat bedrijf hun
recht op de bestaande VUT-regeling.
Compensatie voor dat verlies zou de
werkgever veel geld kosten. Duidelijk
is dat werkgevers feitelijk geen vrije
keuze hadden. Dat OPTAS winstge-
vend was, kwam door de startsituatie.
Bestaande klanten, die niet konden
vertrekken. OPTAS heeft in die jaren
ook nog andere pensioenregelingen
aan die werkgevers aangeboden,
waarbij de werkgevers vaak feitelijk
verplicht werden de nieuwe regelingen
te kopen.
Verzekeraars verdienden in die jaren
veel geld aan pensioencontracten.
OPTAS heeft daarbij in die jaren hoge
monopoliewinsten gemaakt. Deze
winsten heeft OPTAS niet behaald in
een eerlijke concurrentie met andere
verzekeraars, maar doordat OPTAS
een monopolie op de uitvoering van
de pensioenregeling van de haven-
werkgevers had.
OPTAS heeft ook twee andere soorten
verzekeringsproducten aangebo-
den, namelijk voor schade en voor
leven individueel. Voorbeelden van
producten bij leven individueel zijn
overlijdensverzekeringen en beleg-
gingsverzekeringen, zoals de bekende
woekerpolis. OPTAS was niet suc-
cesvol bij deze twee producten. De
verkoopcijfers hiervan waren laag en
de bijdrage in de totale winst was zeer
beperkt.
Waar OPTAS echt moest concurreren
tegen andere verzekeraars, behaalde
OPTAS geen succes. Zij slaagde er
niet in veel nieuwe werkgevers als
klant binnen te halen. De verkoop van
nieuwe producten werd geen succes.
De stelling van de heer P. Vinken dat
OPTAS op eigen kracht goede winsten
had behaald, kan niet waar zijn. Hij
zegt eigenlijk: “Kijk eens hoeveel
vis wij hebben gevangen.” Ja, dat is
waar, maar wel met een schepnet uit
een goed gevuld aquarium, dan is die
prestatie niet indrukwekkend.
Dinsdag 21 februari 2017
pagina 7
Het onderwerp van de eerste drie bijdragen van de NBP in De Oud-Rotterdammer in 2017 was de
geschiedenis van de Stichting ‘Pensioenfonds voor de Vervoer- en Havenbedrijven’ en OPTAS. In de
eerste bijdrage werd geschreven over de daling van het aantal werknemers in de haven van Rotter-
dam, doordat steeds meer goederen met containers werden vervoerd.
1,2,3,4,5,6 8,9,10,11,12,13,14,15,16,17,...24
Powered by FlippingBook