De Utrechter Week 30 - page 14

Geen mellek, maar bier
Even een reactie op de oplossing van
de puzzel van vorige keer: Och, was
ik maar bij moeder thuis gebleven.
De titel van een liedje van Johnny
Hoes. Wij zongen vroeger: “Och, was
ik maar bij moeder thuis gebleven,
dan zat ik nu nog in de rode kool.
Dan twee regels die ik niet meer weet
en dan: “Want al die poeder op m’n
buikie en het veel te hete kruikie zitten
mij tot hier! Ik wil geen mellek, geef
mij maar bier!”
Tine Woudenberg
Weegbree 16, 3401 KA IJsselstein
Verdwenen winkels
Graag wil ik reageren op de inge-
zonden brief van Bep Sturkenboom,
getiteld ‘Verdwenen winkels’. Zij pent
hier haar herinneringen uit de jaren
‘60-’70 neer en haar ervaring in het
heden. Persoonlijk heb ik weinig er-
varing in het heden als het ‘t centrum
van Utrecht betreft, want ik ben er
al ruim 41 jaar geleden vertrokken.
Maar als ik er wel eens kom, begint
mijn hart te bloeden. Als geboren
Utrechter, met mijn herinneringen uit
het verleden, schrik ik telkens weer.
Ik kan me goed herinneren dat het
Vredenburg nog parkeerplaats was
en dat er volop verkeer was in de
binnenstad. Natuurlijk begrijp ik ook
wel dat er iets aan de verkeersstromen
in de binnenstad moest gebeuren, je
kunt de jaren ‘60 niet vergelijken met
de huidige tijd. Maar het verkeer heeft
naar mijn idee hoofdzakelijk plaats
moeten maken voor al die lelijke
kantoorpanden en winkelcentra. De
winkels die in het verleden in het cen-
trum zaten, zijn merendeels verbannen
naar nieuwbouwwinkelcentra. Toen
ik in de jaren ‘60 en ‘70 in de Lange
Viestraat werkte (toevallig net als Bep
Sturkenboom) waren daar de winkels
van Kreymborg, Vroom & Drees-
mann, Radio Kontakt, Modehuis Voss,
Galeries Modernes (GalMod), Van
Angeren, P. de Gruyter & Zn, Bata,
Hunkemöller, Lexis en Hotel Smits.
Helaas is er NIETS meer van over.
Het was er vroeger zo gezellig!
Toen ik een paar weken geleden in
het Nederlands Volksbuurtmuseum in
de Waterstraat (het voormalig Wijk C
museum) moest zijn, ben ik nog eens
even in de buurt wezen neuzen. Men-
senkinderen, de stad Utrecht is al bijna
50 jaar een gigantische bouwput. Wat
een ellende! Leefsma en Determan
zijn ook al jaren weg. Bij Determan
(speelgoedwinkel) kon je als kind
heerlijk, met je neus tegen de ruit ge-
drukt, jezelf verlekkeren aan de mooie
speelgoedauto’s. Utrecht heeft de
strijd tegen mij wel gewonnen, want ik
kom als het nodig is met het openbaar
vervoer en niet meer met de auto. Aan
de andere kant hebben ze ook weer
van mij verloren, want meestal wijk ik
uit naar andere steden.
Aad Versluis
Boerderij teruggevonden
Beste redactie, wij willen met u delen
wat wij tijdens onze voorjaarsvakantie
hebben meegemaakt. Wij zijn beiden
tachtigers en waren voor het eerst in
Drenthe met onze caravan voor een
korte vakantie. In Smalbroek, nabij
Beilen, waren wij te gast op een SVR-
camping en we maakten kleine rond-
ritjes in de omgeving. Zo belandden
wij op aanraden van mijn vrouw in het
dorpje Zweelo. Zij was in de oorlog
tijdens de hongerwinter met haar
moeder, gedreven door de honger,
daar naartoe gelopen in de hoop daar
eten te vinden. Ze hadden een handkar
met alleen de hoogstnodige spullen en
waren met een volwassene en vijf kin-
deren. Zij zijn daar, na verschillende
overnachtingen, in Drenthe aangeland
bij boeren in dat dorp en met warmte
ontvangen. Mijn vrouw was toen
acht jaar, maar is na de oorlog nooit
meer in Zweelo geweest. In Zweelo
aangekomen draaiden we rondjes,
maar waar zochten we naar? Een
boerderij, maar welke? Na 72 jaar zijn
de herinneringen van een meisje van
acht nog minimaal. Juist toen we het
wilden opgeven, reden we langs een
klein kerkje. “Stop”, zei mijn vrouw.
“Dit weet ik nog, dat kerkje. Hier was
de boerderij vlakbij. We hebben eerst
dat kerkje bekeken en vragen gesteld
aan voorbijgangers. Er borrelde ook
een naam tevoorschijn. De familie
Eysink, dat was de familie die hen had
ontvangen en zich over hen had ont-
fermd. Even verderop stond een grote
boerderij, waarop mijn vrouw zei:
“Daar ga ik wat vragen.” Ze kwam blij
terug en zei: “Kom maar mee, want
hier ben ik geweest, 72 jaar geleden.”
De mevrouw die ze sprak, had de
boerderij gekocht van een zoon van de
toenmalige eigenaar, de heer Eysink.
Ik schrijf dit omdat ik mij nu eigenlijk
pas realiseer wat een geweldige vrouw
mijn schoonmoeder is geweest om
door de noodzaak van de honger deze
hachelijke onderneming aan te gaan.
Dit alles zonder enige vorm van com-
municatie. Daar moet je nu niet aan
denken. Tegenwoordig kunnen ze de
hoek van hun eigen straat niet meer
vinden zonder TomTom. Het verhaal
werd nog groter, doordat er een oudere
buur van de nieuwe eigenares bij
gehaald werd en er nog meer verhalen
over die tijd naar boven kwamen.
We hebben ook de boerderij bezocht
waar de zussen van mijn vrouw waren
ondergebracht. Deze eigenaar was de
broer van de heer Eysink.
Harrie Zwart
De stad van vroeger
Wat is er van onze mooie stad
geworden. Waarom niet bij het oude
gebleven? Eerst moest zonodig de
singel weg en nu weer teruggeplaatst.
Het Vreeburg? Niks meer aan met
die hoge flats. Vroeger waren overal
terrasjes. De Viesstraat met V&D,
Galerie Van Angeren. Een lekker
bakkie met een tompouce. En dan niet
te vergeten Rutecks op zondag. Super-
gezellig met de bands. En Wijk C.
Wat was het gezellig. De Willemstraat
met z’n cafés. Mijn moeder en vader
kochten in 1946 het café Koen Laufer
en gaven het de naam Café Pierement.
Ze hadden een orgel uit België laten
komen, maar dat was na een jaar weer
weg. Het was een teringherrie. Toen
werd het café Tante Bep, een van de
vele kroegen in wijk C. In de Korte
Koestraat was Willem Slok. Er stond
op de bar altijd een bak met shag. Kon
je gratis draaien. De Lange Koestraat
had Kees Verhoef en Van Wegen.
Daar mocht je niet roken en vloeken
en was geen muziek. Naast ons was
Sien Li en het kleine café van Kees de
Goei met Leida. Dan de Zanzibar van
Nied Mantel. Die liep zaterdags op de
markt met koffie. Hij riep altijd: “Kof-
fie bloedheet!”. Dan had je Dikke
Dries. Die zat altijd achterstevoren
op een stoel op de hoek en zwaaide
altijd als je naar school ging. In de
Waterstraat zat Ab Zwanink met een
café. En tegenover de hoofdingang
van het politiebureau zat Dim Damen.
Die heeft ook nog op het Paardenveld
met koffie gelopen. Zijn zoon Dim
heeft later in Vleuten een restaurant
gehad. Je kon daar super eten. Ik heb
er mijn 25-jarige bruiloft nog gevierd.
In de Willemstraat zat Jan Bals. Daar
kon je gekookte varkenspoten en
staarten eten. En uierboord en eieren.
Hij kocht later de kroeg op de hoek
Oranjestraat/Oude Gracht. In die
tijd sliep niemand op straat, want er
waren logementen genoeg. Je kon
slapen voor een gulden en voor 1,50
gulden had je ook nog een hap eten.
Je had Van der Pijl, Logement Moeke
en Venus. Dus plaats zat. Maar dat is
niet meer. Het enige wat nog leuk is
aan Utrecht zijn de grachten met de
terrasjes. Jammer.
Hansje Lijffijt
De Meern
De Oud-Utrechter - Dé gratis krant voor de echte Utrechter
Dinsdag 25 juli 2017
pagina 14
Ken je dit nog?
Op de laatste ‘Ken je dit nog’ in
De Oud-Utrechter kwamen vreemd
genoeg geen reacties. Misschien
was dit te moeilijk. Het was in ieder
geval een gezicht op het kinderbadje
van het zwembad Kromme Rijn op
de weg naar Rhijnauwen in Utrecht.
(foto boven)
We gaan het hier gewoon opnieuw
proberen, met een andere foto. Ken
je dit nog? Ditmaal gaat het om
opnamen voor een film in Utrecht.
Weet u welke film? Was u erbij of
weet u er iets van? Vertel het ons!
Stuur uw herinneringen naar: De
Oud-Utrechter, Postbus 615, 3500
AP Utrecht. Via de website reageren
kan ook:
In verband met de privacywetgeving wijst De Oud-Utrechter de lezers erop dat zij met het insturen van een oproepje akkoord gaan met het vermelden van hun adresgegevens in de krant en daarmee tevens in het krantenarchief op het internet.
TANTE POST
U
Colofon
De Oude Stad B.V. neemt bij de vervaardiging
van De Oud- Utrechter grote zorgvuldigheid in
acht, doch aanvaardt geen enkele aansprakelijk
-
heid voor de inhoud van redactie of advertentie.
Prijswijzigingen en zetfouten zijn voorbehou
-
den. Copyright De Oude Stad BV; niets uit deze
uitgave mag worden gekopieerd voor publicatie
in andere media zonder uitdrukkelijke schrifte
-
lijke toestemming van de uitgever.
De Oud-Utrechter
is een uitgave van:
De Oud-Utrechter BV
Postbus 615
3500 AP Utrecht
Tel:
030 - 302 00 17
Email:
Website:
Administratie:
Advertenties:
José Gouweleeuw,
030-8200570
Eindredacteur:
Peter Schilthuizen
Tel: 030 - 302 00 17
Email:
Vormgeving:
Reclamestudio Baasimmedia,
Nieuwerkerk a.d. IJssel
Esmay Hoekman:
Tel: 030 - 82 00 570
Ontvang voortaan De Oud-Utrechter in uw brievenbus
Ja, ik wil een jaarabonnement op De Oud-Utrechter.
Ik ontvang hiervoor een factuur van De Oud-Utrechter BV en betaal:
€ 54,90 (in Nederland)
€ 82,50 (buitenland)
Dhr./Mevr. Voorletters
Tussenvoegsel Achternaam
Adres
Postcode
Plaats
Telefoon
E-mail
Ingangsdatum
Wilt u dit abonnement cadeau geven? Vul dan hieronder de gegevens in van de ontvanger.
Dhr./Mevr. Voorletters
Tussenvoegsel
Achternaam
Adres
Postcode
Plaats
Deze bon kunt u opsturen naar: De Oud-Utrechter BV, Postbus 615, 3500 AP Utrecht of ga naar
en vul de bon digitaal in.
1...,4,5,6,7,8,9,10,11,12,13 15,16
Powered by FlippingBook